Skip to main content

Zie die chocoladefontein bij de ingang als de grootste middelvinger richting elk concept van zelfbeheersing. Een stille belofte dat je hier net zo over-geïndulgeerd wordt als een kleuter bij de snoeptafel. Maar dan in volwassen vorm, want hé, we mogen zelf beslissen hoe we onze slagaders verstoppen, toch? En god beware je als je niet met een vleesbaby de tent uit rolt. Want dat is het doel hier: vreten tot je erbij neervalt.

Maar wacht, er zit een catch in het paradijs van de carnivoor. Die chocoladefontein is niet alleen een sprookjesachtige nachtmerrie voor je bloedsuikerspiegel, het is ook een zoete val die schreeuwt: “Kijk uit, sucker, bespaar wat ruimte voor het echte werk.” Acht biefstukjes later vraag je je af of je ooit nog zonder hulp uit je stoel komt.

En de grap? Die chocoladefontein is het culinaire equivalent van het geven van snoep aan een baby en dan verwachten dat ze voor het vegetarische buffet gaan. Absoluut absurd, net zoals de notie dat we hier zijn gekomen voor iets anders dan totaal, onbeschaamd overeten.

Dus laten – nee, wacht, we doen niet aan “laten we eerlijk zijn”, dat is te beleefd. Dus, snoer je interne voedingsdeskundige de mond, pak nog een biefstukje en zwem door die chocoladefontein als de zondige godheid die je bent. En als je je ongemakkelijk voelt bij het idee, goed. Want we zijn hier niet om je comfortzone te aaien; we zijn hier om die uit te lachen terwijl we nog een stuk vlees op de grill gooien. Proost, op je cholesterol.

Bron: GOOGLE NEWS – De chocoladefontein bij de ingang is een waarschuwing: niet té veel biefstukjes straks