Skip to main content

Amsterdam, de stad waar zelfs de afdankertjes van de vrijmarkt nog een ’tweede leven’ krijgen. Ja mensen, het is weer zover. De hoofdstad van Nederland, waar de tolerantie hoogtij viert en waar iedereen en alles een plekje verdient, ook als het eigenlijk geen plek verdient. Want laten we eerlijk zijn, wie zit er nou te wachten op een stel afgetrapte schoenen met gaten erin of een vaas zonder bodem? Nou, de Amsterdammer dus.

Maar goed, laten we het hebben over dit zogenaamde ’tweede leven’. Een leven waarin afdankertjes van de vrijmarkt, die in elke andere stad linea recta de prullenbak in zouden belanden, hier in Amsterdam worden omgetoverd tot hipstermeubels of kunstwerken. En geloof me, je moet echt een flinke dosis fantasie hebben om een gedeukte pannenset om te toveren tot een designlamp. Maar hé, in Amsterdam kan alles.

En laten we vooral niet vergeten dat dit hele circus plaatsvindt onder het mom van duurzaamheid. Ja, duurzaamheid. De favoriete term van de linkse kerk, die alles wat hip en trendy is omarmt, ook al slaat het nergens op. Dus terwijl andere steden investeren in echt duurzame projecten, zoals zonnepanelen en windmolens, pimpen wij in Amsterdam oude rommel op en noemen het ‘groen’.

Maar goed, wie ben ik om te oordelen? Misschien hebben die afdankertjes wel een rijke historie en een bijzonder verhaal. Misschien zijn die gaten in de schoenen wel gemaakt door niemand minder dan Vincent van Gogh zelf. Of misschien heeft die bodemloze vaas wel ooit gediend als drinkplaats voor Rembrandt’s kwasten. Wie zal het zeggen? Feit blijft dat we in Amsterdam kennelijk alles omarmen, zelfs de troep van anderen.

Dus kom maar op met die afdankertjes, Amsterdam is er klaar voor. Want hier in de stad waar alles kan, is geen afdankertje te min voor een ’tweede leven’. Wat een triomf, wat een vooruitgang. En laten we vooral niet vergeten dat dit alles gebeurt onder het mom van duurzaamheid. Jawel, duurzaamheid. Klinkt mooi, toch?

Bron: GOOGLE NEWS – Zelfs afdankertjes van de vrijmarkt krijgen in Amsterdam een ‘tweede leven’