Skip to main content

Kijk die Klaver eens, blijkbaar zo desperate op zoek naar erkenning dat zelfs een tweede plek hem laat glunderen als een peuter die net zijn eerste potje op de wc heeft gedaan. “Wilde zo graag iets in mijn handen”, zegt meneer, alsof de zilveren medaille de heilige graal is in zijn toch al niet zo gevulde prijzenkast. Nou, Jesse, gefeliciteerd kerel, je hebt eindelijk iets om jezelf mee te troosten tijdens die eindeloze, eenzame nachten in de oppositiebankjes.

Het is alsof je naar de paralympische spelen kijkt, je weet dat iedereen zijn best doet, maar uiteindelijk juich je gewoon voor de underdog omdat je hart dat zegt, niet omdat je echt gelooft in hun glorieuze overwinning. En daar staat Klaver dan, met zijn zilveren ‘overwinning’, klaar om de wereld te veroveren zoals een kleuter die denkt dat hij Godzilla is als hij door de zandbak marcheert.

De ironie dat hij blij is met zilver, in een tijdperk waar zelfs ons bestek minimaal van roestvrij staal moet zijn vanwege onze onverzadigbare honger naar perfectie, is bijna aandoenlijk. Het feit doet er niet toe dat we leven in een wereld waarin goud de norm is, waar de tweede plaats gewoon de eerste verliezer is. Maar goed, in de wereld van Troostprijzen en Net-Nietjes is Jesse Klaver nu koning.

Laten we niet vergeten dat dit de man is die net zo graag “iets in zijn handen wilde” alsof hij al niet genoeg had aan de onstilbare dorst naar aandacht en een eindeloos reservoir van onvervulde verwachtingen. Misschien kunnen we hem een beker geven voor Meest Optimistische Verliezer – oh wacht, dat is het zilver al.

Dus, applaus voor Klaver, de man die zo graag wilde winnen dat hij vergat dat niemand echt de tweede plaats herinnert. Behalve hij dan, kennelijk.

Bron: NU.NL – Klaver kan geluk niet op met zilver: ‘Wilde zo graag iets in mijn handen’